Ze werkt al haar hele leven met paarden, vertelt Saskia* me als ik bij haar op stal kom om haar te coachen. Het zijn dan ook niet de paarden waar ze problemen mee heeft, maar de mensen die daar bij horen.
“Met paarden kan ik prima overweg. Maar sommige mensen halen het bloed onder mijn nagels vandaan.” En dat terwijl ze met paarden juist engelengeduld heeft.
Ze ergert zich er dan ook aan als ze haar geduld verliest. “Daar lig ik dan nog nachten wakker van. Ik begrijp gewoon niet waarom zo iemand mij dan zo raakt….”
Ik stel voor de sessie maar gewoon te beginnen en vraag Saskia het aan te geven als ze ook maar een klein beetje frustratie voelt. We vragen een van de merries om mee te werken aan de coachsessie en besluiten haar alvast in de bak los te laten zodat ze even kan acclimatiseren.
De merrie is heel rustig en slentert een beetje door de bak. Na een tijdje vraag ik Saskia de bak in te gaan en naar de merrie toe te gaan zodat we met de eerste opdracht kunnen beginnen.
Saskia loopt de bak in waar de merrie op een paar meter afstand wat op de grond aan het snuffelen is. De merrie stopt met snuffelen en zonder Saskia echt aan te kijken draait ze zich om en rent keihard weg. Hmm, blijkbaar zijn we meteen begonnen….
Ik vraag aan Saskia of dit haar irriteert. “Nee hoor” zegt ze en benadert de merrie nog een keer. Weer rent de merrie keihard weg. Weer gaat Saskia rustig naar haar toe. En weer rent de merrie weg.
Nadat dit zich een aantal keren herhaald heeft draait Saskia zich om en loopt naar mij toe.
“Oké” zegt ze “ik geef het toe, dit begint nu toch wel behoorlijk irritant te worden. Want op deze manier kunnen we niet eens beginnen met de paardencoaching. Ik denk dat we een ander paard moeten halen.”
Ik geef aan dat dit juist het perfecte paard is voor deze coaching, want het is juist die frustratie waar het om gaat.
Ik vraag wat haar nou precies zo dwars zit in deze situatie. “Ze geeft me gewoon niet eens de kans om het te proberen. We zijn nog niet eens met de eerste oefening begonnen.
Dit is eigenlijk precies waar ik me bij mensen ook zo aan erger. Sommige mensen geven mij niet eens een kans. Het is alsof ze me al bij voorbaat afschrijven en ze luisteren dan helemaal niet naar wat ik te zeggen heb.”
Nadat we hier een tijdje over doorgepraat hebben zegt Saskia ineens.
“Het voelt alsof ik het niet waard ben een kans te krijgen. En dat maakt me verdrietig, daarom raakt het me zo.”
Nadat ze dit gezegd heeft loopt de merrie naar haar toe en legt haar hoofd in Saskia’s handen.
De merrie voelt Saskia’s verdriet en geeft aan dat het goed is. Ze mag verdriet voelen. Ze mag verdriet tonen.
Saskia vindt troost met het grote hoofd van de merrie in haar handen.
Een paar maanden later spreek ik Saskia weer.
Ze vertelt me dat het haar enorm heeft opgelucht om haar emoties de ruimte te kunnen geven. En dat ze nu eindelijk begrijpt waar haar frustratie vandaan komt. Ze kijkt er nu heel anders tegenaan.
“Mijn eigenwaarde is gestegen. Ik ben het wèl waard en dat straal ik nu ook uit. Hierdoor reageren mensen heel anders op mij en verlies ik eigenlijk nooit meer mijn geduld.”
*Om privacy redenen is Saskia niet haar echte naam en is de vrouw op de foto iemand anders.
Herken jij dit verhaal? Ik hoor graag jouw ervaringen, deel het hieronder!
ⓒ Wendela den Tonkelaar, CVPC, 2015-2020