Doe ik een stapje terug of jij?
Het paard likt aan haar handen, die zij als een kommetje voor zich houdt. Terwijl ze haar blik strak op het hoofd van het paard gericht heeft, vertelt Annemarijn over haar ongelukkige jeugd.
Ze was helemaal niet van plan geweest om het over haar jeugd te hebben, zal ze me later vertellen. Er zijn mensen die veel ergere dingen meemaken dan een overspelige vader die zijn gezin voorliegt terwijl de hele buurt over hem praat.
Misschien geeft het contact met het paard haar de veiligheid om haar verhaal te delen? Vertelt ze het eigenlijk aan het paard en niet aan mij?
Het paard bleef maar met de handen van Annemarijn bezig. Het viel me op dat het likken overging in happen met zijn lippen. Happen met de lippen gaat vaak vooraf aan daadwerkelijk bijten met de tanden. Nu zijn de tanden van een paard niet zo scherp als die van bijvoorbeeld een hond of een kat, maar het is natuurlijk niet de bedoeling dat mijn klanten gewond raken tijdens een coachingsessie. Bovendien had ik dit paard dit gedrag nog niet eerder zien vertonen.
Dat happen in iemands handen, dat ken ik helemaal niet van hem. Gedrag dat afwijkt van het normale gedrag van een paard is voor mij altijd een signaal om in de gaten te houden. Extra opletten dus!
Annemarijn reageert niet op het happen van het paard. Ze vertelt rustig verder en blijft haar handen in een kommetje voor zich houden. Ik vertrouw het niet en besluit het paard weg te halen bij haar voordat hij gaat bijten.
Zonder Annemarijn te onderbreken laat ik het paard een paar passen achteruit zetten, zodat hij nu op een paar meter afstand van Annemarijn staat. Het paard begint te zuchten en proest een paar keer. Een teken van ontspanning.
Misschien vindt hij het fijn dat ik de leiding over de situatie over heb genomen? In ieder geval loopt hij weg en gaat hij staan grazen. Annemarijn richt zich weer tot mij en maakt haar verhaal af.
Het terughalen van de pijn van vroeger heeft Annemarijn geraakt, de tranen stromen over haar wangen. Het paard komt terug, alsof hij haar wil troosten, waar zij dankbaar gebruik van maakt. Het is een mooi, zacht contact en ik zie niets meer terug van het happen of bijten wat het paard eerder deed.
Toch besluit ik er nog even op terug te komen en te vragen hoe Annemarijn het heeft ervaren. “Ik ben nog nooit zo dicht bij een paard geweest, maar ik vond het helemaal niet eng toen hij mijn handen ging likken.” antwoordt ze. “Totdat hij in mijn handen ging happen, dat vond ik niet fijn. Hij heeft toch wel een hele grote mond, als hij mij zou bijten dan zou mijn hand er zo helemaal inpassen!”
Na een korte stilte voegt ze eraan toe dat ze niet begrijpt waarom ze niet ingegrepen heeft en gewacht heeft totdat ik het paard weghaalde. “Ik had natuurlijk gewoon mijn handen weg moeten trekken en een stap achteruit moeten doen! Dit is nou precies waar ik in mijn leven steeds tegenaan loop. Ik kan mijn grenzen niet goed aangeven. Dat komt natuurlijk door die gebeurtenissen met mijn ouders vroeger, mijn moeder gaf ook nooit haar grenzen aan. Maar ik ben nu volwassen en ik loop er nog steeds tegenaan….”
“Had jij een stap achteruit moeten doen? Of het paard?” vraag ik haar.
Het is stil.
©Wendela den Tonkelaar, CVPC, 2023