Hoe paarden omgaan met netwerkborrels
Ben je wel eens op een feestje geweest waar je (bijna) niemand kent en iedereen in groepjes staat te praten? Je komt binnen, haalt een drankje, kijkt om je heen en dan probeer je aansluiting te vinden bij zo’n groepje.
Voor heel veel mensen is dit een ongemakkelijk moment. Zo ook voor Petra. Petra is zelfstandig ondernemer en gaat veel naar netwerkborrels. Ze vertelt me dat op die netwerkborrels ook iedereen in groepjes staat te praten. „Daar ben ik inmiddels wel aan gewend hoor”, zegt Petra „maar dan moet je ook nog eens jezelf laten zien. Want ik ben natuurlijk niet voor niets op zo’n netwerkgelegenheid; ik wil nieuwe klanten krijgen.” En daar gaat het mis.
Het lukt Petra niet goed om zichzelf te laten zien. Ze krijgt het woord niet. En als ze het woord krijgt dan is het alsof niemand haar hoort. Ze voelt zich vaak onzichtbaar in zo’n groepje mensen. Dat is het tegenovergestelde van wat haar doel is…
Petra’s verhaal verbaast me. Ik sta te praten met een levendige, uitbundige vrouw. Ze is vrij groot, staat rechtop, maakt grote armbewegingen terwijl ze praat en heeft een heel aanstekelijke lach. Ik kan me bijna niet voorstellen dat je haar niet zou zien.
We besluiten om te experimenteren met contact maken en jezelf zichtbaar maken met een paard. In de paddock loopt een grote, vriendelijke ruin los rond. Hij scharrelt wat met zijn neus in het zand, op zoek naar verloren grassprietjes. Petra stapt de bak in een benadert de ruin vanaf zo’n 20 meter afstand. Ze loopt langzaam naar hem toe, aait hem en loopt weer weg.
De ruin kijkt niet op of om en gaat rustig verder met zijn zoektocht naar grassprietjes in het zand. Petra moet lachen. „Zie je wel, ik ben onzichtbaar! Hij vindt het niet vervelend dat ik er ben, maar hij is ook niet geïnteresseerd in mij. Dit is precies wat er ook met de mensen op die borrel gebeurt.”
Ik vraag Petra wat ze voelde en waar ze aan dacht toen ze het paard benaderde. Ze vertelt me dat ze het wel spannend vond, het is een groot paard dat ze niet kent en hij loopt los rond. Ze vond het eigenlijk een beetje eng om meteen naar hem toe te lopen en hem te gaan aaien. Ik vraag haar of ze zich kon herinneren hoe haar lichaamshouding was op het moment dat ze naar het paard liep. Dat weet ze niet meer, dus we doen dezelfde oefening nog een keer.
Petra loopt naar het paard maar vlak voordat ze bij hem is blijft ze staan. Ze kijkt me vol verbazing aan. „Nou ja zeg, nu merk ik het. Nogal logisch dat het paard me niet ziet staan, ik maak me helemaal klein.”
Ineens is ze zich ervan bewust hoe haar lichaamstaal verandert op het moment dat ze zich onzeker voelt. Haar schouders zijn naar voren gebogen, haar blik is naar beneden gericht, haar handen heeft ze op haar rug in elkaar gevouwen en ze loopt met kleine passen die bijna niet hoorbaar zijn.
Op het moment dat Petra met mij in gesprek is verandert haar houding meteen weer. Ik zie weer dezelfde vrolijke, uitbundige vrouw als die ik aan het begin van de sessie begroette. Ze moet om zichzelf lachen. Draait zich om naar het paard, opent haar armen wijd, heft haar hoofd op en roept vrolijk „Kom ik wil je bedanken voor je wijze les!”. Het paard loopt direct naar haar toe en ze bedankt hem op haar eigen, uitbundige wijze.
*Om privacy redenen is Petra niet haar echte naam en is de vrouw op de foto iemand anders.
Herkenbaar? Hoe ga jij hiermee om? Deel je reactie hieronder!
ⓒ Wendela den Tonkelaar, CVPC, 2015-2019